Hefezopf

Het maken van een zoete Hefezopf (letterlijk vertaald: gistvlecht) stond al enige tijd op mijn lijstje. Helaas was het er nog steeds niet van gekomen. Ik had er notabene verse gistbuideltjes uit Duitsland bij mijn zus vandaan voor meegenomen. Omdat ik er niet toe kwam om dit typische Swäbische gebak te maken, had ik de verse gist ingevroren. In Nederland kun je verse gist kopen bij een bakker of een Turkse winkel, dan wordt het voor je afgewogen. In Duitsland verkopen ze in elke supermarkt kleine vierkante doosjes met een gewicht van ongeveer 30 gram verse gist. Het kost bijna niets en is erg handig voor het maken van gistdeeg, iets dat de Duitse huisvrouw waarschijnlijk vaker doet dan de Nederlandse. Echter, gist kun je niet zo goed invriezen, kwam ik later achter. Het verliest zijn rijskracht en verandert ook van structuur. De pakjes liggen nog in de vriezer, ik durf het risico niet te nemen om ze te verwerken.

Voor de ‘kerstborrel’ van mijn werk wil ik nu toch eens het recept van een Swäbischer Butterhefe-Nusszopf maken. Nu alleen dus met instantgist. Het is zoet witbrood, verrijkt met roomboter en gemarmerd met een laag van noten, cacao, kaneel en suiker.  Door het brood op een speciale manier op te rollen, in te snijden en daarna te vlechten ontstaat er een bijzondere vorm. Als extraatje wordt de bovenlaag bestreken met suikerglazuur, maar is niet perse noodzakelijk. Je kunt het brood eten als een plak cake. Mijn voorkeur gaat uit naar het besmeren van de sneetjes met roomboter, erg smakelijk. Niet moeilijk te maken, leuk om te doen en altijd een succes: weer eens iets anders dan een traditioneel kerstbrood.

Hefe-deeg Nusstopf oprollen DSCN2241  DSCN2242 Nusstopf insnijden Nusstopf vlechten
DSCN2245  gebakken Nusstopf

Nusszopf aangesneden




Knisper Knasper

Een kletskop is een heel hard, uiterst dun en bijzonder knapperig koekje, dat voornamelijk met suiker en boter wordt bereid. De vreemde naam is herleid van de bereidingswijze: suiker en boter wordt geroerd met een kleine hoeveelheid bloem en gehakte amandelen. Vervolgens worden hoopjes beslag op een bakplaat met een vochtige lepel plat ‘gekletst’ en daarna in de oven afgebakken. Kletskop komt dus van (plat) kletsen.

Mijn oma maakte deze koekjes vroeger met gehakte pinda’s in plaats van amandelen, dat was goedkoper. Mijn voorkeur gaat, net als die bij banketbakkers, toch uit naar amandelen, maar smaken kunnen verschillen.

Een leuk en simpel koekje, vraagt alleen wat aandacht bij het bakken: heeft maar enkele minuten nodig, ze worden bruin waar je bij staat! Na het bakken snel met een platenmes of plamuurmes de koekjes van de bakplaat verwijderen, anders bakken ze nog te lang na op de hete plaat. Na het bakken zijn de koekjes korte tijd buigzaam, bij het afkoelen worden ze hard en knapperig. Zolang ze nog buigzaam zijn zou je er ook hoorntjes van kunnen vouwen, leuk om bijvoorbeeld bij een dessert te presenteren.

Als het je lukt om de kletskoppen te bewaren en niet in één keer op te eten, doe dat dan in een goed afgesloten trommel: suiker trekt namelijk vocht aan, waardoor ze zacht worden.

Kletskop

 




Moppie voor mijn vader

Cees Holtkamp blijft toch wel mijn grote voorbeeld als het om ambachtelijk koekjesbakken gaat. Gelukkig heeft de Volkskrant de afgelopen weken een interviewserie  gemaakt van de meesterbakker, waarin hij uitlegt hoe bepaalde koekjes gebakken moeten worden met tips en trics. Kijk, daar heb je wat aan als thuisbakker.

Zo beschreef Holtkamp dat wanneer je amandelspijs zelf maakt, je daar het beste de dikke Spaanse amandelen voor kunt gebruiken. De Spaanse onderscheiden zich van de Californische door hun grootte en dikte, wat inhoudt dat ze veel olie (lees: smaak) bevatten. Leuke tip, maar kom maar eens om Spaanse amandelen in de winkel. Ik ben overal geweest, van grootgrutter tot biowinkel, maar nergens heb ik de herkomst van de amandelen kunnen achterhalen. Dus toen maar op grootte en dikte afgegaan. Neem wel je portemonee mee als je amandelen (zonder vlies) gaat kopen: het lijkt puur goud. Ik betaalde 23 euro voor een kilo amandelen, wat nog heel redelijk blijkt achteraf.

Behalve amandelen gebruik je in de keuken ook regelmatig citroenrasp bij de bereiding van koekjes. Moet je volgens Holtkamp ook niet uit een potje nemen, zelf maken is 10 keer lekkerder. Inderdaad, en zo moeilijk is het ook niet. Het enige wat je er voor nodig hebt zijn ongewaxte citroenen, die je alleen kunt kopen bij de biowinkel of Turkse en Marokaanse winkels.

Voor zowel de amandelspijs als de citroenrasp geldt dat je deze na bereiding minimaal 2 dagen moet laten rijpen, een week zou nog beter zijn. Zo blijkt dat koekjesbakken niet altijd spontaan kan gebeuren, hier heb je een echte planning voor nodig.

En dus begon ik vorige week eerst met het maken van citroenrasp: de schilrasp (alleen het geel) van 2 citroenen met 2 eetlepels suiker in een potje weggezet om te rijpen. Daarna de amandelspijs: de truc is dat je voordat je de blanke amandelen gaat vermalen, ze eerst met een beetje water opwarmt (kan in de magnetron of gewoon op het gas). Met dit opwarmen en bevochtigen voorkom je dat de amandelen in de keukenmachine teveel olie loslaten en de spijs ‘in de schift komt’, zoals Holtkamp dat zo mooi uitdrukt. Ik kan me zo voorstellen dat je dan een soort pindakaas krijgt. Voor het bereiden van de amandelspijs gebruik je uiteraard de gerijpte eigengemaakte citroenrasp, waarna ook de spijs zeker een week moet rusten.

Helaas heb ik niet zoveel geduld, en heb ik na 2 dagen al Weespermoppen gemaakt. Voortreffelijk, al zeg ik het zelf! De lekkerste Weespermoppen die ik ooit heb gegeten. Kun je nagaan als ik volgende week van het restantje amandelspijs nogmaals een portie ga bakken…zijn ze nog lekkerder. Wat zou ik mijn vader, geboren en getogen in Weesp, met deze moppies een plezier hebben gedaan.

Weespermoppen

 




…en bakken maar…

Ik ben de afgelopen weken weer helemaal op de baktoer, d.w.z. zoete baksels. Koekjes, broodjes, taarten en nog veel meer. Mijn gezin klaagt: heerlijk, maar we worden er zo dik van! Nou ja, natuurlijk hebben ze gelijk, je moet er niet teveel van eten, want lekker is het wel en vers uit de oven zijn de baksels onweerstaanbaar. Toch is het een heerlijk tijdverdrijf, zo’n warme keuken, mengend en knedend, het geeft troost en tevredenheid in deze donkere februaridagen.

Ik heb zoveel gebakken, dat ik niet meteen tijd heb gehad om alles op mijn blog te plaatsen. De komende weken ga ik met de gemaakte foto’s van de baksels nieuwe entry’s maken. Dus hou je van zoet, volg mij dan.

Laat ik bij mijn laatste experiment beginnen: ik haal net de warme kaneelbroodjes uit de oven. Frans of Deens, de herkomst doet er niet toe: een bros broodje, dat nog het meest aan croissantdeeg doet denken maar niet zo moeilijk te bereiden is als croissantjes. Ik heb het recept à la Levina gebruikt. Levina heeft een blog over lekker eten en haar grootste passie is broodbakken. Ze geeft uitstekende tips en recepten met mooie ‘how to do’ foto’s: zo kan een baksel bijna niet mislukken. Ik raad je zeker aan hier eens een kijkje te nemen.

Ondertussen, na een aantal probeersels, heb ik wel begrepen dat ‘zout toevoegen’ aan brooddeeg voor mij een valkuil is. Hoewel ik graag en zeer royaal met zout strooi in mijn gerechten, kan brood veel meer hebben dan je denkt. Als ik in een recept ‘9 gram zout’ zie staan en dat ga afwegen, schrik ik elke keer weer: wat veel, denk ik dan. Vervolgens halveer ik het zout. Als het brood dan klaar is en ik proef het, mis ik toch net iets hartigheid. Mijn advies en tip: gebruik een goede digitale weegschaal (of zelfs liever een lepelweegschaal voor de preciesie) en smokkel niet met de hoeveelheid zout.

Heb je de komende week crocusvakantie en ben je niet op wintersport? Ga dan gezellig met de kinderen de keuken in en bak deze zalige kaneelbroodjes, daar is iedereen gek op.

Kaneelbroodjes vóór het bakken

Kaneelbroodjes

 




Muffins

Vandaag is het de warmste 18e oktober sinds 90 jaar geweest! Vandaar dat ik zo’n plezier heb beleefd aan het fietsritje naar de markt vanochtend en het bladruimen in de tuin. Met de keukendeur open heb ik als afsluiting van de zomer nog eenmaal blueberry crumble muffins gebakken. Tenminste, ik neem aan dat dit toch echt wel de laatste keer zal zijn geweest, dit jaar, dat we zo’n mooie  nazomerdag hebben gehad. Maar ach, blauwe bessenmuffins smaken ook in de winter.

Heerlijk luchtig deeg, weinig boter, grote blauwe bessen en als toplaag een kruimeldeegje. Je kunt dit deeg als standaard gebruiken voor al je muffins, je varieert gewoon met de vulling naar wens. Het kruimeldeeg kun je desgewenst achterwege laten. Varieer ook eens met karnemelk of yoghurtdrink in plaats van de melk. Vooral als je niet iets ‘zuurs’ als vulling hebt gaat het met karnemelk beter: het zuurtje brengt het bakpoeder aan het rijzen. Snel klaar, ook leuk om samen met de kinderen te maken in de herfstvakantie.

Blueberry crumble muffins




Voedzame Muffins

De maand januari is voor veel mensen de start van goede voornemens, met name als het gaat om voeding. Als alle oliebollen het huis uit zijn, is het tijd om de dieetadviezen te bekijken die in de media vermeld worden. Naast de vele bekende diëten, zijn er ook weer nieuwe concepten.

voedselzandloperHet zandloperdieet staat op dit moment in de spotlights. Een dieet, zoals het voedingscentrum omschrijft, dat eigenlijk geen dieet is maar een methode om langer en gezonder te leven. De voedselzandloper zou, volgens de schrijver en arts Kris Verburgh, een alternatief zijn voor de schijf van vijf. In plaats van weer te geven wat je het beste kan eten, laat hij in de bovenste helft van de zandloper zien welke voedingsmiddelen je het beste zou vermijden en geeft een alternatief in de onderste driehoek van de zandloper.

Met deze methode claimt Verburgh dat mensen langer en gezonder leven en als positief bijverschijnsel zullen afvallen.

Hoewel Verburgh in zijn boek vele uitspraken en stellingen doet omtrent het gebruik van bepaalde voedingsmiddelen,  zijn hier geen wetenschappelijke bewijzen voor. Dat je door het toepassen van deze zandlopermethode als bijkomstigheid ook afvalt, wordt volgens het voedingscentrum eerder veroorzaakt door de verminderde calorieopname.

Net als bij de “Broodbuik”-theorie, beschreven in het gelijknamige (vertaalde) populaire boek van de Amerikaanse schrijver William Davis, wordt tarwe gezien als grote boosdoener in de hedendaagse eetcultuur. Waar Montignac nog spreekt over goede en slechte koolhydraten (hoge en lage Glycemische index, G.I.), vinden Verburgh en Davis dat tarwe absoluut niet gegeten moet worden. Wederom wordt wetenschappelijk bewijs voor deze theorie door de heren niet geleverd. Het enige bewijs zijn de pondjes die verdwijnen, maar dat kan net zo goed veroorzaakt worden door het eenzijdige eetpatroon van deze methoden.

Hoewel je vele kanttekeningen kunt zetten bij deze nieuwe theorieën, is mijn eigen ervaring dat een verminderd gebruik van zetmeel- en koolhydraatrijke producten, resulteert in gewichtsafname. Mijn voorkeur blijft echter uitgaan naar een Montignac-achtige methode, waarbij je wel degelijk koolhydraten tot je mag nemen, mits je let op de G.I.-waarde. Tarwe is dus toegestaan, maar dan volkoren of harde durum, rijk aan vezels. Want voeding zonder vezels is pas echt slecht!

Volkoren Muffins

Geef mij dus maar een volkoren muffin, zonder suiker, laag glycemisch, boordevol vezels en vitaminen, en bovenal voedzaam. Afgelopen weekend heb ik een zetsel gebakken, die ik nu elke ochtend als ontbijt nuttig. Ideaal om minimaal 4 uur de trek mee te stillen en je darmen een gezonde boost te geven. Voor een fruitige touche heb ik gedroogde cranberry’s toegevoegd, rozijnen hebben een hoge G.I. en zijn daarom minder geschikt. Om er een nog lekkerder hapje van te maken smeer ik er soms een lepeltje suikervrije jam of appel-perenstroop op. Dieet of niet, eet smakelijk!




Van koekjes tot toetjes

Misschien vind ik koekjes bakken wel het leukste van alles wat je in de keuken kunt maken. Je hebt meestal maar weinig ingrediënten nodig en het vraagt enige precisie wat betreft het afmeten van hoeveelheden. Het is een gezellige bezigheid waarbij de keuken zich vult met heerlijke (zoete) geuren; je maakt er altijd vrienden mee. Bij mij thuis zijn het echte ‘koekiemonsters’, de koekjes krijgen meestal geen tijd om af te koelen. Vooral alle koekjes waar amandelen in gaan zijn bij ons erg geliefd: cantuccini, weespermoppen, bitterkoekjes etc. Amandelmeel wordt regelmatig in de bakkerij of patisserie voor het bereiden van smakelijke deegjes gebruikt, maar ook geschaafde amandelen of amandelspijs worden graag verwerkt.

Voor zaterdagavond stond een etentje bij vrienden op het program, waarvoor ik het toetje zou maken. Omdat ik ook zin had in koekjes bakken, heb ik dit met elkaar gecombineerd. Ik besluit een romige passievruchten mascarpone met warme abrikozen en mango te maken met als garnering knapperige amandelkrullen. Het leuke van amandelkrullen maken is dat je na het bakken de koekjes om bijvoorbeeld een deegroller moet vouwen om die krul erin te krijgen.

Amandelkrullen

Voor amandelkrullen heb je slechts geschaafde amandelen, een eitje, suiker en iets bloem nodig. Het beslag kun je makkelijk een dag in de koelkast bewaren, dan heb je de volgende dag in een ommezien van tijd weer verse koekjes gebakken voor bij de koffie. Hoewel ik van een dubbele hoeveelheid beslag toch zeker 25 amandelkrullen heb gebakken, zijn er de volgende dag nog precies 4 krullen over… zo waren ook zo lekker.

Mascarpone met amandelkrulVoor het toetje heb ik mascarpone vermengd met het sap en vruchtvlees van passievruchten. Op het bord gegarneerd met verse mangoschijfjes en warme gemarineerde abrikozen en een knapperige amandelkrul.
Lees het recept voor de bereiding.
Verrassend fris, romig, knapperig en zeer smakelijk. Een prima afsluiting van een heerlijk en gezellig dinertje met vrienden.




Gecondenseerde melk

In een land waar de koeien bij je ‘om de hoek staan’, is verse melk drinken iets heel gewoons. Hoewel ik nog ben opgevoed met ‘schoolmelk’ zie ik de jeugd van nu steeds minder melk drinken. Misschien komt het ook wel doordat er steeds meer koemelkallergie optreedt, dat melk een beetje uit de gratie raakt. Maar voor mij is elke dag een flink glas koude verse melk, een must.
gecondenseerde melkIedereen weet ook dat verse melk bij warm weer kort houdbaar blijft. In warme landen, en met name in het midden-oosten, waar ook  minder verse melk verkrijgbaar is, hebben ze daar iets op gevonden: gecondenseerde melk. Hiervoor wordt een deel van het water aan de melk onttrokken door verdamping. Vervolgens wordt er suiker aan toegevoegd ter conservatie, steriliseren is dan niet meer nodig. Op deze manier heb je een kleinere hoeveelheid gekregen, die zeer lang houdbaar is en makkelijk te vervoeren. De melk is in blikjes leverbaar welke veelal geëxporteerd worden, maar in de grote supermarkten is het ook in Nederland verkrijgbaar.

Bij ons wordt dit product voornamelijk gebruikt voor nagerechten. Door het gesloten blikje gedurende 2 à 3 uur in water te koken (blikje moet onder water blijven), kun je heel simpel een romige karamelsaus maken. Hoe langer je het blikje kookt, deze te dikker en donkerder de saus of crème wordt. Laat wel het blikje geheel afkoelen voordat je het opent, anders kunnen er ongelukken gebeuren. De dikke karamel kun je vervolgens verwerken in taarten of toetjes.

Zo heb ik een heerlijke karamelsaus gemaakt door enkele lepels van de dikke karamel te verdunnen met enkele eetlepels slagroom. De overgebleven dikke karamel is in een potje in de koelkast lang houdbaar. Een heerlijk zoet toetje: wafel met ijs en karamelsaus.

Wafel met ijs en karamelsausDit heb je nodig: 1 blikje gecondenseerde melk, romig ijs naar smaak, dunne wafels. Klik voor het recept hier.




Romige oranjekwark

Hoewel de oranjeboventaart van gisteren er schitterend uitzag, twijfelde ik even of hij ook zo lekker zou zijn. Na het bakken kwam ik er namelijk achter dat ik in het beslag het zelfrijzendbakmeel vergeten ben! Gelukkig heeft het aan de smaak niets afgedaan. De structuur van de cake is misschien zelfs iets smeuïger en minder droog. Door het zelfrijzendbakmeel zou de taart alleen meer gerezen zijn. Maar we hebben er ieder twee punten van gegeten, dus de smaak was goed.

Omdat ik twijfelde, heb ik gisteravond toch nog een andere taart gemaakt: een romige mascarpone kwarktaart met mandarijn. Ook een gemakkelijk taart: geen gebruik van de oven. Voor de bodem heb ik verkruimelde volkorenbiscuit met boter gebruikt. Traditioneel maakte mijn moeder een kwarktaart altijd met kwark, slagroom en gelatine. Voor een extra volle smaak heb ik gelijke delen mascarpone en kwark gebruikt. Door de mascarpone, die van zichzelf goed opstijft, kun je minder gelatine gebruiken. Voor extra luchtigheid zou je er ook nog geslagen eiwit door kunnen mengen, dan wordt het meer een bavarois. De frisse smaak en mooie oranje kleur van de mandarijnpartjes maken er een complete feesttaart van.

Oranje kwarktaart

Dit heb je nodig: 500 gram suiker; 500 gram mascarpone; 200 ml slagroom; 1 rol volkorenbiscuit; 150 gram gesmolten roomboter; 2 kleine blikjes mandarijnpartjes op sap; 200 gram witte basterdsuiker; sap van 1 citroen; 7 blaadjes gelatine.
Klik voor het recept hier.




Variant op een bokkenpootje

Net als cupcakes, is het bakken van macarons een soort rage geworden. Bij cupcakes zit de variatie in de topping. Bij macarons gaat het om de kleur en de vulling. Het originele recept werd voor het eerst geïntroduceerd rond 1930 door een Franse patissier in zijn banketbakkerij in de Rue Royale in Parijs. Sindsdien is het uitgegroeid tot een wereldberoemd koekje dat bestaat uit twee op amandel gebaseerde schuimpjes gevuld met een ganache, een bonbonvulling.

macarons de Paris Rose_macarons macarons kleurig macaron

Juist omdat het een redelijk simpel recept is en makkelijk te maken, is het leuk om te variëren en nieuwe creaties te maken. De kleuren kun je maken door toevoeging van voedingskleurstof of natuurlijke ingrediënten te gebruiken als cacaopoeder, gemalen pistachenootjes, safraan etc. Voor de vulling kun je uitgaan van een ganache, dat is room met chocolade, of een botercreme. Maar een lekker lik abrikozenjam of aardbeienmousse is ook heerlijk.

Mij doet het recept denken aan het Nederlandse bokkenpootje, dat ook gemaakt wordt van een beslag van bijvoorbeeld 3 eiwitten, 100 gram gemalen amandelmeel en 200 gram suiker. Voor macarons wordt voor het beste resultaat gebruik gemaakt van warme suikerstroop. Door dit toe te voegen aan de geklopte eiwitten, wordt het eiwitschuim stevig en taai.

Voor mooie ronde, gladde schuimkoekjes moet je een glad spuitmondje op de spuitzak gebruiken. Helaas heb ik die niet, dus heb ik voor mijn macarons gevuld met chocolade ganache een gekarteld mondje gebruikt, wat natuurlijk een iets ander effect geeft. De macarons deden mij zo meer denken aan ronde bokkenpootjes, maar de vorm doet er niet toe: ze waren perfect taai met een heerlijke chocolade canache. Volgende keer gebruik ik een glad spuitmondje en een leuk kleurtje voor het beslag…

Chocolade gevulde macarons Dit heb je nodig: 40 ml water; 150 gram suiker; 110 gram eiwit; 150 gram amandelmeel; 150 gram 150 gram poedersuiker; 150 ml room; 20 gram suiker; 250 gram pure chocolade. Klik voor het recept hier