Superfood Linzen


linzen   rode linzen    linzen in blik

Wist je dat linzen rijk zijn aan ijzer, vezels en eiwitten? Dat linzen in de jaren 60 als hippiegroenten werden beschouwd (want de Hippies trokken naar India en kwamen terug met heerlijke linzenrecepten)? Dat linzen tegenwoordig omarmd worden door superfoodaanhangers? Dat linzen peulvruchten zijn, maar culinair gerekend worden tot de groenten? Dat zelfs het voedingscentrum in de nieuwe schijf van vijf ruimte heeft ingerekend voor een wekelijks portie peulvruchten?

Reden temeer om ook eens te gaan experimenteren met deze veelzijdige peulvrucht. Want veelzijdig zijn ze, die linzen. Je hebt ze in allerlei kleuren en maten: witte, bruine, rode, zwarte, gespikkelde, blonde en oranje. In onze supermarktschappen vinden we voornamelijk de al geweekte linzen, de bruine of blonde, in blik of glas. De andere soorten zijn goed verkrijgbaar in droge vorm, bij de supermarkt of anders de Toko. Voorweken is bijna niet meer nodig, de meeste droge linzen kunnen direct verwerkt worden en nemen tijdens het koken en stoven voldoende vocht op om te garen. Lees daarvoor goed de gebruiksaanwijzing op de verpakking of volg de instructie van het recept.

Voor mijn recept linzen met warmgerookte zalm maak ik gebruik van de ‘makkelijke’ linzen, die uit blik. Makkelijk en eenvoudig, ook door het gebruik van de warmgerookte zalmmoot, die je zo kant en klaar bij de visboer of in de supermarkt kunt kopen (de echte liefhebber rookt natuurlijk zijn eigen zalm…). Heerlijk met een flinke schep tzatziki.

Je hoeft voor dit recept niet te lang in de keuken te staan, wat bij dit mooie weer toch zeker een aanrader is!

Linzen met warm gerookte zalm




Dubbel Doppen

Van de week op de Albert Cuyp in Amsterdam raakte ik in gesprek met een marktkoopman. We hadden het over “alles lekker vinden”. Hij moest ook beamen dat hij veel of bijna alles lekker vindt, alleen van tuinbonen griezelt hij. Waarop ik antwoordde: dan moet je ze dubbel doppen. Ik moest het hem uitleggen: hij was dan ook een kaasboer en geen groentenman.

   

Tuinbonen zou echt mannen-eten zijn, mijn vader was er gek op (lekker met uitgebakken spekkies…). Tuinbonen hebben van nature een bittere smaak, die niet door iedereen gewaardeerd wordt. Deze bonen moet je leren eten, en de beste manier daarvoor is het dubbel doppen. Tuinbonen zitten in een peul, en elke boon heeft nog een extra velletje. Juist dat buitenste velletje geeft die bittere smaak. Vroeg in het seizoen zijn de boontjes nog klein, en is ook het velletje minder bitter. Jonge tuinboontjes blijven tijdens het koken groenig, terwijl oudere bonen bruin kleuren. Bij oudere (grotere) tuinbonen is het raadzaam om behalve de peul ook het buitenste velletje te doppen (verwijderen). Je kunt dit rauw doen, maar het gaat het snelst als je de bonen eerst kookt: het buitenste velletje rimpelt iets en je drukt de binnenste boon er zo uit. Een klusje, maar de smaak loont de moeite.

Laat ik nou diezelfde avond, na de Albert Cuyp, in een heel leuk restaurantje “Alegria” in Bussum, een pastagerecht met dubbelgedopte tuinbonen hebben gegeten. Alegria is eigenlijk een Italiaans winkeltje, dat sinds korte tijd aan het uitgroeien is tot een echt restaurant(je). Ze hebben geen menu, je eet wat de kok kookt: een verrassings 4 gangenmenu. De ene week is het hoofdgerecht met vis, de andere week vlees. Zuivere producten, zonder veel liflafjes; echt een aanrader.

Die pasta met dubbelgedopte tuinbonen smaakte zo goed, dat ik thuis dit recept à la Alegria meteen heb nagemaakt. Mijn tuinboontjes waren jong en klein, dus dubbel doppen was misschien niet nodig geweest, maar de de smaak was excellent!

 
*de linker ongedopt, rechts gedopt               *pasta met tuinboontjes




Gevulde zontomaten

Op de markt en zelfs in het groentevak van de supermarkt kom je ze tegen: grote vleestomaten. Ze doen me altijd denken aan die grillige zontomaten uit de landen rond de Middellandse zee. Daar smaken zelfs de wat groenere, en ogenschijnlijk minder rijpe tomaten, naar zon en zomer. Logisch dat je die smaak in Nederland mist, want veel zon hebben we nog niet gehad. Maar Hollandse vleestomaten kun je wel lekker maken.

Een vleestomaat leent zich perfect voor een salade: in dunne plakken gesneden met uienringen, knoflook en een dressing van olijfolie en rode wijnazijn. Maar ze zijn het meest geschikt om gevuld te worden en dan te stoven in de oven. Voor een vulling kun je denken aan iets met vlees of vis. Maar ook een vulling met als basis rijst, uien en andere groenten, is een goed uitgangspunt.

Ik koos deze keer voor een Mexicaans gevulde tomaat. Rul gebakken gehakt met ui, knoflook, mais, rode kidneybonen, tacokruiden en een flinke scheut ketchup. Een klein rood pepertje geeft de extra pittigheid. Gebruik ook de inhoud uit de tomaat door deze even mee te bakken, zonde om weg te gooien. Tot slot met wat kaas gratineren in de oven, totdat de tomaat net gaar is. Serveren met stokbrood, een frisse salade en een koel biertje. Die zomerzon moet je er alleen zelf nog even bij denken.