ZAP

Het kan nog (net): vóór 24 juni asperges eten. Traditioneel worden asperges namelijk geoogst vanaf de tweede donderdag van april tot 24 juni (Hoogfeest van de geboorte van de Heilige Johannes de Doper). Na deze datum worden ze niet meer geoogst zodat de plant kan groeien om energie voor het volgend seizoen weer op te doen. De aanvoer is momenteel door het aanhoudende zomerse weer behoorlijk hoog, wat je ook al kunt merken aan de iets lagere prijzen.

Reden genoeg om er weer eens een lekker gerecht mee te maken. Asperges met zalm is natuurlijk een heel bekende combinatie, voeg er pasta aan toe en je hebt een ZAP (makkelijke aanduiding voor deze overheerlijke combi).

Dit keer heb ik botermalse witte asperges gebruikt en warm gerookte zalmmoten (of zalmflakes). Om het geheel af te maken heb ik gekruimd oud brood (ciabatta) in olijfolie uitgebakken met een uitje, knoflook en wat kruiden. Dit gebakken kruim is zo alleen al lekker over de gekookte paste en wordt in Italië gebruikt als de goedkope variant van geraspte Parmezaan. Maar in dit gerecht geeft het net die lekkere crunch, want alle andere ingrediënten zijn romig en zacht. Voor de finishing touch een dressing van verse citroenrasp en -sap, olijfolie, bieslook en een snufje zout. Dat zuurtje maakt dat de gerookte zalm niet te machtig wordt. Als je lekker veel asperges in dit gerecht doet, hoef je niet zoveel pasta toe te voegen (scheelt weer koolhydraten). Mijn favoriet voor deze ZAP zijn penne van durum tarwe. En zo heb je in een handomdraai een heerlijke en gezonde zomerse maaltijd.

…en mijn kat snoepte van de velletjes van de zalm!




Walnotentijd

Eind oktober, begin november dan vind ik het echt tijd worden voor noten. In onze tuin staan grote eiken en beuken, helaas geen echte eetbare noten zoals makke kastanjes, hazelnoten of walnoten. Nu heb ik een app geïnstalleerd op mijn telefoon, de wildplukwijzer, waarmee je over een landkaart kunt scrollen en kunt zien waar je vrij kunt plukken en oogsten. Bijvoorbeeld kastanjes langs een parkeerplaats op gemeentegrond. Maar walnoten vind ik maar zelden.

Voor walnoten zal ik dus toch naar de winkel moeten. Voor een walnotentaartje heb je best veel noten nodig, gepeld zo’n 250 gram, dan loont het zich als je ze al gepeld koopt. Kijk dan wel uit dat je ongebrand en ongezoute noten koopt, gewoon rauw dus.

De allerbekendste walnotentaart is de Engadiner Nusstorte uit Zwitserland. Als je op wintersport gaat zul je dit taartje vast wel eens hebben gegeten. Maar in andere landen wordt dit recept ook veel gebruikt. Origineel is het zandtaartdeeg, maar dat vind ik iets te droog (meer bloem in verhouding tot suiker en boter), ik gebruik liever het recept van Fonceerdeeg van bakker Holtkamp (2x zoveel bloem als suiker en boter, 250-125-125). En dan de vulling, want daar gaat het natuurlijk om: walnoten in een zachte karamel, hemels lekker. Wel machtig, daarom zie je bij een patisserie vaak maar kleine taartjes.

Ook leuk om als kadootje te geven, of te krijgen!

 




Appelgebak voor wielrenners

Op een zomerdag als vandaag en bovendien de aankomstdag van de Tour de France in Parijs, dan kriebelt het bij de mannen om ook te gaan fietsen. Een rondje Gooimeer stond er vanochtend op het programma van 51 km. Net te kort om een tussenstop te maken voor de bekende koffie met appelgebak. Dus een mooie gelegenheid voor mij om de mannen te verrassen bij thuiskomst met een vers gebakken appeltaartje.

Ik was er niet echt op voorbereid, maar ben op zoek gegaan in mijn keuken en voorraad naar ingrediënten. Met 5 plakken bladerdeeg, 3 appels, een half potje appelmoes, 2 eitjes en wat boter, suiker en kaneel heb ik, al zeg ik het zelf, een lekker taartje gemaakt (in nog geen 25 minuten!). Een bladerdeeg appelslofje.

En een verrassing was het! Net uit de oven toen ze thuiskwamen, dus nog lekker warm. Appelgebak voor wielrenners

Appelgebak




Even snel iets bakken

Zo vlak voor het weekend toch nog even snel iets lekkers bakken. Dan zijn muffins ideaal. Je hoeft niet urenlang je beslag te laten rijzen of luchtig te kloppen, gewoon mengen. Ik besluit om chocolademuffins met rood fruit te maken. Al doende ben ik toch weer langer bezig want ik wil geen gewone muffins van bloem of zelfrijzendbakmeel.  Hiervoor gebruik ik zonnebloempitten die ik fijnmaal samen met een mengsel van havermout en speltbloem. Natuurlijk geen geraffineerde suiker, daarvoor in de plaats kook ik dadels met een beetje water zacht en pureer ze daarna tot moes. Omdat het weekend is maak ik er lekker chocolademuffins van, iets extra’s. Een handjevol blauwe bessen en enkele aardbeien doe ik er ook door.Tot slot twee paranoten er boven op en klaar voor in de oven!

Chocolade muffins met rood fruit

En oh ja, ik heb mezelf 12 siliconen vormpjes aangeschaft, want die papieren vind ik zo’n gehannes. Fantastisch dat siliconenmateriaal, zo snel als die muffins eruit vliegen, even omwassen en meteen klaar voor het volgende baksel muffins.

Gebkken chocolade muffins met rood fruit




Amandelen

Als je je een beetje verdiept in wat goed en slecht is voor je lijf, dan kom je al snel uit bij: minder of geen suiker en minder of geen koolhydraten. Lees er de verschillende boeken van de laatste tijd maar op na, zoals Broodbuik (auteur William Davis) of The real meal revolution (auteur Tim Noakes). Nu eet ik al geruime tijd volgens het principe van ‘koolhydraatarm’ en behalve dat ik er van afgevallen ben, voel ik mezelf ook energieker, minder opgeblazen en fitter.

Helaas is ‘bakken’ niet meer hetzelfde als vóór de koolhydraatarme tijd. Zo vind ik nog steeds de vervanging van suiker lastig. Stevia heeft niet mijn voorkeur, omdat dit een bittere nasmaak aan je baksels geeft. De meeste andere kunstmatige zoetstoffen geven geen calorieën maar kunnen wel weer koolydraten bevatten. Ter vervanging van tarwemeel kun je allerlei mengsels van gemalen zaden of noten gebruiken of de ‘goede’ koolhydraten van havermeel of roggebloem, deze hebben een lage Glycemische Index (d.w.z. dat deze koolhydraten geen schommeling van je bloedsuikerspiegel veroorzaken). Amandelmeel gebruik ik het liefst ter vervanging van meel, soms in combinatie met een beetje kokosmeel omdat kokos het baksel een wat drogere textuur geeft. Tegenwoordig kun je bijna overal amandelmeel kopen en anders kun je zelf geschaafde amandelen in de keukenmachine fijnmalen.

Voor mijn recept van fruitige amandelcake heb ik een beetje honing gebruikt (dus niet helemaal koolhydraatarm!), maar ja, een mens wil soms ook wel eens wat…  Naast de amandelmeel heb ik kokosmeel en havermeel gebruikt, maar je zou de havermeel ook geheel door amandelmeel kunnen vervangen. Ik had deze keer niet voldoende amandelen in huis, vandaar. Als fruit heb ik gekozen voor blauwe bessen en frambozen, zoet en fris van zichzelf. Door toevoeging van de ricotta heeft de struktuur van de cake iets weg van een gebakken kwarktaart. Ik heb een mooi ronde vorm gebakken, je kunt er ook muffins van bakken. Tot slot een ’touch’of poedersuiker voor ’the looks’ en een blaadje munt.

Serveer je dit als nagerecht? Geef er dan een klodder Griekse yoghurt bij en strooi er geroosterde amandelen over, hmmmm, lekker!

Fruitige amandelcake

Fruitige amandelcake




Superfood Linzen


linzen   rode linzen    linzen in blik

Wist je dat linzen rijk zijn aan ijzer, vezels en eiwitten? Dat linzen in de jaren 60 als hippiegroenten werden beschouwd (want de Hippies trokken naar India en kwamen terug met heerlijke linzenrecepten)? Dat linzen tegenwoordig omarmd worden door superfoodaanhangers? Dat linzen peulvruchten zijn, maar culinair gerekend worden tot de groenten? Dat zelfs het voedingscentrum in de nieuwe schijf van vijf ruimte heeft ingerekend voor een wekelijks portie peulvruchten?

Reden temeer om ook eens te gaan experimenteren met deze veelzijdige peulvrucht. Want veelzijdig zijn ze, die linzen. Je hebt ze in allerlei kleuren en maten: witte, bruine, rode, zwarte, gespikkelde, blonde en oranje. In onze supermarktschappen vinden we voornamelijk de al geweekte linzen, de bruine of blonde, in blik of glas. De andere soorten zijn goed verkrijgbaar in droge vorm, bij de supermarkt of anders de Toko. Voorweken is bijna niet meer nodig, de meeste droge linzen kunnen direct verwerkt worden en nemen tijdens het koken en stoven voldoende vocht op om te garen. Lees daarvoor goed de gebruiksaanwijzing op de verpakking of volg de instructie van het recept.

Voor mijn recept linzen met warmgerookte zalm maak ik gebruik van de ‘makkelijke’ linzen, die uit blik. Makkelijk en eenvoudig, ook door het gebruik van de warmgerookte zalmmoot, die je zo kant en klaar bij de visboer of in de supermarkt kunt kopen (de echte liefhebber rookt natuurlijk zijn eigen zalm…). Heerlijk met een flinke schep tzatziki.

Je hoeft voor dit recept niet te lang in de keuken te staan, wat bij dit mooie weer toch zeker een aanrader is!

Linzen met warm gerookte zalm




Heerlijk Pasen!

Vandaag op eerste paasdag iets later aan de koffie dan normaal. Op zo’n paasmorgen komt het hele huis wat trager op gang of zou het zijn omdat vannacht de zomertijd is ingegaan? Hoe dan ook, mijn citroenrol doet het uitstekend bij een vers kopje koffie.
Een zááálig Pasen!

Plak citroenrolVorig jaar maakte ik deze cakerol ook, welke met gejuich ontvangen werd door mijn gezin. Dit jaar heb ik het recept iets aangepast. Waar ik vorig jaar nog Monchou gebruikte heb ik deze nu vervangen door Mascarpone. Gekoeld is de cakerol nu mooi stevig en nog romiger van smaak. Inmiddels heb ik ook het recept op de site aangepast.

Citroenrol

 

Verder heb ik nog een kleine bananentulband gemaakt. Misschien voor de tweede Paasdag bij de brunch of gewoon tussendoor als iemand trek heeft. Een deel van de suiker is hierbij vervangen door drie rijpe bananen. Het geeft de cake zo’n echte tropische smaak en is toch als tulband herkenbaar door de bicareau, rozijnen en krenten. Lekker sappige structuur.

Bananentulband




Feestelijke kater

Bij het woord ‘kater’ denk ik niet meteen aan een brood. En een Duivekater heeft niets te maken met duiven of een kater (kat of lichamelijke toestand na een avondje doordrinken…) maar alles met brood.
Een feestelijk brood, wel te verstaan.
Een traditioneel vloerbrood dat voornamelijk bekend is ten noorden van Amsterdam en in de Zaanstreek. Een heerlijk zoet, geurig witbrood dat al in de tijd van de schilder Jan Steen gebakken werd, zoals dit plaatje van een schilderij van hem laat zien. De duivekater staat in de rechterhoek afgebeeld op de voorgrond.

Van oudsher een brood dat gebakken werd rond Pasen en Pinksteren. Sommigen beweren zelfs dat het recept teruggaat tot de Germanen, waarbij het brood zou dienen als een offerbrood. Het brood kreeg dan de vorm van een stuk bot, ter vervanging van een echt vleesoffer. Door al die jaren heen is het recept niet veel veranderd. De voornaamste ingrediënten zijn nog steeds boter, citroenschil en melk, al zal de moderne bakker er zijn of haar eigen twist aan geven door toevoeging van bijvoorbeeld honing in plaats van suiker en een snufje steranijs of kaneel voor een nog aromatischer smaak. Dun gesneden met een lik roomboter is het brood ‘goddelijk’. Wat dat betreft heel passend bij Pasen.

Mijn brood komt net uit de oven, is nog warm en doet het hele huis geuren naar citroen en anijs. Dus wie nog zin heeft om iets leuks op tafel te zetten op 1e Paasdag, raad ik aan meteen aan de slag te gaan. En red je het niet voor morgen, elk andere dag van het jaar smaakt dit ook hoor!

Duivekater




Licht en gezond

Ik kan soms echt behoefte hebben aan licht en gezond voedsel. Niet dat ik zo vaak zwaar en ongezond eet, maar misschien begrijp je het wel als ik dit recept beschrijf: visrolletje met groene aspergetips op een groen bedje. Een simpel en oogstrelend recept, óók voor doordeweeks.

Voor dit recept gebruik ik Tilapia filet maar je kunt er ook Panga, scholfilet of zelfs zalmforelfilet voor nemen. De filet royaal bestrijken met groene pesto en daarop een bosje aspergetips leggen. Van de filet een mooi rolletje maken en inpakken met ontbijtspek. Het groene bedje voor dit rolletje is een combinatie van broccolieroosjes en repen venkel. Juist die anijssmaak van venkel doet het heel goed bij vis. Met een klein scheutje witte wijn (of bouillon) en een drupje olijfolie gaat de schaal in de oven. Niet te lang, anders wordt de vis te droog en de broccolie te gaar. Geef er een fris groene salade bij. Voor mij is dit voldoende, een mooie licht en gezonde, bovendien koolhydraatarme maaltijd. En als je het rolletje op je bord doormidden snijdt, dan is het net een klein kunststukje…
Tilapia met aspergetips
Visrolletje met aspergetips          Visrolletje met aspergetips




Verjaardagsvlaai

Mijn oudste zoon is dol op Limburgse kersenvlaai, die gewone met zo’n ruitmotief. Iets wat hij zich elke verjaardag wenst. Tot nu had ik deze vlaai nog nooit zelf gebakken. Brooddeeg, daar waagde ik mij niet aan. Maar na de hefezopf en de kerstbroden vond ik de tijd nu wel rijp om eens een Limburgse kersenvlaai te bakken.

Natuurlijk kun je brooddeeg bakken met een een simpel recept van Koopmans Witbrood. Je kunt het iets uitdagender maken door zelf bloem en verse gist af te wegen. Ik nam de tussenweg: bloem en droge gist. Ook voor de vulling kun je bij een te korte tijdsplanning de vlaaivullingen uit een blikje nemen, kant en klaar. Wil je de vulling zelf maken dan kom je in de winter toch al snel uit bij kersen op sap achter glas, je hoeft ze alleen te binden en eventueel extra te zoeten. Zo moeilijk is het dus niet, zo’n Limburgse vlaai. Althans, dat dacht ik. Dat ruitmotief vergt toch wel enige ervaring, als je echt om en om wilt vlechten. Je kunt er ook ruitstekers voor kopen in een kookwinkel. Ik heb een poging gedaan om het zelf te vlechten met een heel apart resultaat, vind ik zelf. Nog even oefenen.

Mijn deeg was goed gerezen en ik had daardoor nog ruim deeg over voor een tweede vlaai, een Limburgse appelkruimelvlaai (op de rechter foto met poedersuiker). Bovendien had ik nog een restantje in rum gewelde rozijnen staan (over van de oliebollen), die het heel goed deden in deze vlaai.

Limburgse kersenvlaai   Limburgse kersenvlaai